Wat verder studeren na de lerarenopleiding?
- Lien Daenen
- 7 mei 2015
- 5 minuten om te lezen

De vele stages, de talrijke lesvoorbereidingen, de aartsmoeilijke examens en ‘last but not least’ de bachelorproef. Al die onderdelen zijn niet voor niets geweest! Op het einde van de rit, krijg je eindelijk je diploma in handen. Hiervoor heb je drie jaren lang hard gewerkt, gezweet en gestrest. Maar krijg je niet genoeg van het studeren en wil jij graag nog een tweede diploma behalen? Dan zijn jouw opties eindeloos!
Een derde onderwijsvak
Naast je twee onderwijsvakken, kan je je ook verdiepen in een derde onderwijsvak. Dan volg je de driejarige opleiding in één jaar en zo behaal je een ‘bachelor-na-bachelor’ (ba-na-ba).
Lore Beckers, een oud-studente aan de KHLim, studeerde vorig jaar het vak Frans in één jaar. Ze wil graag haar ervaringen delen.
Dag Lore. Jij hebt de eerste drie jaren de vakkencombinatie aardrijkskunde en biologie. Nadien heb je Frans in één jaar gevolgd. Vertel eens, waren er volgens jou voordelen om het vak Frans in één jaar bij te studeren?
“Het grootste voordeel is volgens mij dat je op een zeer korte periode een vak extra kan volgen. Ook het feit dat je je op één vak kon concentreren, was voor mij eerder een pluspunt, want zo was ik altijd met Frans bezig. En hoe meer ik met Frans bezig was, hoe sterker ik erin werd. Als laatste wil ik er ook bij vermelden dat als je gaat solliciteren, er ook meer deuren voor je zullen opengaan. Met drie onderwijsvakken heb je meer kans om aan een job te geraken dan met twee onderwijsvakken.”
Vond je het niet moeilijk dat je les kreeg in het derde jaar en tegelijkertijd ook de lessen volgde in het eerste jaar? Ik neem aan dat er wel een niveauverschil moet geweest zijn?
“Ja inderdaad, ik vond het heel moeilijk dat ik tegelijkertijd in het eerste jaar en in het derde jaar zat. Zeker voor taalvakken, zoals Frans is dat niet gemakkelijk. We leerden tijdens het eerste jaar bijvoorbeeld alle tijden van de werkwoorden, terwijl we er in het tweede en derde jaar al herhalingsoefeningen op maakten. Zo kreeg ik voor het examen van het tweede jaar veel vragen over de tijden van de werkwoorden, terwijl we dat in het eerste jaar nog niet gezien hadden. Aan de andere kant, kan het ook wel zijn vruchten afwerpen. Zo heb je bijvoorbeeld wel meer woordenschat gezien, die je zowel voor de examens in het eerste jaar als de examens in het tweede en derde jaar kan inzetten.”
Was je het stiekem soms niet beu om altijd hetzelfde vak van dezelfde docent te krijgen?
“Zoals ik al had vermeld, ervoer ik het als een groot voordeel om enkel met Frans bezig te zijn. Voor het vak Nederlands weet ik dat je wel meerdere docenten hebt, maar voor het vak Frans was dat inderdaad beperkt tot één docent. Ik ondervond geen problemen met mijn docent en dat mag overigens niet doorslaggevend zijn om voor een derde onderwijsvak te kiezen.
Moest je effectief alle lessen van het eerste tot en met het derde jaar volgen of kreeg je vrijstellingen voor bepaalde onderdelen?
“Je moet net zoals de andere studenten slagen voor elk onderdeel van het vak. Je wordt enkel vrijgesteld voor de didactische ateliers van het eerste jaar en de assistentenstage. Daarnaast moet je ook geen bacherlorproef meer maken. “
Kan je tot slot nog een goede tip of raad meegeven aan de studenten die nog twijfelen om te kiezen voor een derde onderwijsvak?
“In de eerste plaats moet je er honderd procent voor willen gaan. “Waar een wil is, is een weg”, zeg ik altijd. Er slagen zoveel studenten wel voor dat vak, dus waarom zou jij dat dan niet kunnen? En mocht het toch niet jouw ding zijn, weet dan dat je nog altijd een diploma achter de hand hebt.”
Het buitengewoon onderwijs

In het tweede jaar van de opleiding maak je bij het vak pedagogische module kennis met het buitengewoon onderwijs. Je gaat tevens één dag meelopen in het buitengewoon onderwijs en dan kan je voor jezelf al beslissen of jij er de geschikte persoon voor bent. Mocht je de smaak te pakken hebben, kan je kiezen voor een ba-na-ba buitengewoon onderwijs. Die opleiding duurt één jaar en kan je ook studeren aan de UC Leuven-Limburg.
Ines Deffet (24 jaar), studeerde lerarenopleiding aan de PXL en vervolgde haar studie met een ba-na-ba buitengewoon onderwijs aan de UCLL. Zij werkt reeds een jaar in het BuSO ‘De Dageraad’ in Kortessem.
Dag Ines. Waarom heb je in de eerste plaats gekozen voor het buitengewoon onderwijs en niet voor het gewoon onderwijs?
“Ik heb mijn laatste stageperiode gelopen in het bijzonder onderwijs en dat heeft toen voor mij wel een zekere indruk achtergelaten. Je krijgt veel meer terug van de kinderen in het bijzonder onderwijs. Ik had het gevoel dat ik er meer voldoening kon uithalen dan in het gewoon onderwijs.”
Welke eigenschappen moet je zeker hebben als je in het buitengewoon onderwijs wilt staan?
“Dat is afhankelijk van het type onderwijsvorm. In het algemeen, denk ik dat je heel veel geduld moet hebben. Het denkproces verloopt voor de meeste leerlingen niet vanzelfsprekend, je moet ze op alle vlakken sturen. Daarnaast heb je een grotere verantwoordelijkheid, je moet ervoor zorgen dat elke leerling doet wat hij of zij zou moeten doen. Ook is het belangrijk dat je goed kan differentiëren. In het buitengewoon onderwijs is elke leerling anders en je moet goed weten hoe je met elke leerling moet omgaan. “
Waar ligt voor jou het grootste verschil met het gewone onderwijs?
“In het gewone onderwijs moet je inhoudelijk sterker staan en je moet ervoor zorgen dat je de eindtermen hebt bereikt. In het bijzonder onderwijs ligt het accent meer op de noden van de leerlingen. Je hebt geen eindtermen, maar er gelden wel doelstellingen die je per onderwijsvorm moet nastreven. Ook is het thuismilieu heel belangrijk, want je moet vaker communiceren met de ouders. Daarnaast krijgen de leerlingen ook hulp van ergotherapeuten, logopedisten…. En tot slot kan je hier als leerling les volgen tot 21 jaar.
Postgraduaten
Naast de ba-na-ba’s, kan je ook gaan voor een postgraduaat. Hieronder staan enkele voorbeelden van postgraduaten die je na je opleiding in één jaar kan volgen.
Autisme en (rand-)normale begaafdheid, een bijzondere aanpak
Coachen van ontwikkelingsprocessen
Ervaringsgericht ontwikkelen in groep
Een masteropleiding
Als je liever wilt lesgeven in de derde graad van het secundair onderwijs voor de aso en tso-richtingen, ben je verplicht om een universitair diploma op zak te hebben. Je kan bijvoorbeeld één van je onderwijsvakken gaan verder studeren aan de universiteit. Maar vooraleer je je masterjaar kan aanvatten, moet je natuurlijk eerst een schakelprogramma volgen.
Hieronder staan een aantal mogelijke afstudeerrichtingen opgesomd.
Master of Science in de educatieve studies
Master of Science in de pedagogische wetenschappen
Master of Science in de seksuologie
Master of Science in de handelswetenschappen (vanuit richting wiskunde en economie)
Master of Arts in de journalistiek (vanuit richtingen Nederlands en/of Frans en/of Engels)
Master of Arts in de meertalige communicatie (vanuit richtingen Nederlands en/of Frans en/of Engels)
Master of Arts in het tolken (vanuit richtingen Nederlands en/of Frans en/of Engels)
Master of Arts in het vertalen (vanuit richtingen Nederlands en/of Frans en/of Engels)
Master in de kunstwetenschappen (vanuit richting PKV)
Master in de Beeldende kunsten (vanuit richting PKV)
Master in de bewegingswetenschappen (vanuit richting lichamelijke opvoeding)
Master of Arts in de geschiedenis (vanuit richting geschiedenis)
Tot slot kan je je studie nog over een hele andere boeg gooien en kiezen voor iets totaal anders. Maar wat jouw keuze ook mag zijn, ‘word steeds de beste versie van jezelf’!
Comments